Online marketingwerkzaamheden met conversie- en omzetdoel is een inspanningsverplichting

Online marketingwerkzaamheden met conversie- en omzetdoel is een inspanningsverplichting

Tussen partijen is een overeenkomst van opdracht tot stand gekomen op grond waarvan een marketingbureau vanaf juni 2017 online marketingwerkzaamheden heeft verricht ten behoeve van een webshop van opdrachtgever.

Doelstelling werkzaamheden: conversie en omzetgroei

Met het marketingbureau is afgesproken dat het bureau online marketingwerkzaamheden voor zou uitvoeren die er op gericht zijn om er voor te zorgen dat zo veel mogelijk potentiele kopers de betreffende webshop(s) zouden bezoeken om in die webshop producten te bestellen. Er is op 12 maart 2018 een doelstelling afgesproken van minimaal kostendekkend zijn wat gezien de kosten van de werkzaamheden een omzet van € 50.000,= per maand en € 600.000,= per jaar betekent. In een e-mail werd deze afspraak bevestigd:

“Bedankt voor het goede gesprek van net. We hebben veel punten besproken en ik denk dat we duidelijke afspraken hebben gemaakt en een doelstelling hebben bepaald.
Hierbij nog even alles kort op een rijtje:
Doelstelling : minimaal kostendekkend zijn. Dit betekent € 50.000 omzet per maand, binnen het huidige kostenplaatje. Dit houdt in € 600.000 per jaar.
(…)
Op deze manier verwachten we aan de ene kant meer relevant verkeer aan te trekken maar nog belangrijker het conversieratio op de website te verhogen. Deze ligt op het moment rond de 0,6%, wanneer we dit weten te verhogen naar bijvoorbeeld 2,0% heb je al 300-400% meer verkopen binnen hetzelfde budget.
(…)
Volgens mij heb ik hiermee alles benoemd, mocht ik nog zaken vergeten zijn laat het dan even weten. Bij andere vragen hoor ik het ook graag!”

Het afgesproken resultaat is echter niet gehaald. De marketingwerkzaamheden hebben niet voor de gewenste stijging van de omzet gezorgd: een omzet van € 50.000,= per maand.

Online marketingwerkzaamheden een inspanningsverplichtings- of een resultaatsverplichting?

Over de vraag of op het marketingbureau een inspannings- of een resultaatsverplichting rust, overweegt de kantonrechter allereerst het volgende.

Marketingbureau stelt eerst dat in haar algemene voorwaarden is bepaald dat “De aanvaarde overeenkomst leidt tot een inspanningsverplichting en niet tot een resultaatsverbintenis.”
Opdrachtgever heeft betwist dat zij de algemene voorwaarden heeft ontvangen en zij voert aan dat de algemene voorwaarden daarom geen gelding hebben. De kantonrechter leest in dit verweer een beroep op vernietiging van de algemene voorwaarden. Omdat het marketingbureau tijdens de mondelinge behandeling heeft aangevoerd dat zij de terhandstelling van de algemene voorwaarden aan Opdrachtgever niet kan bewijzen, vernietigt de kantonrechter de algemene voorwaarden, zodat de stelling dat op grond van de algemene voorwaarden een inspanningsverplichting rust op marketingbureau wordt verworpen.

Voor het antwoord op de vraag of op het marketingbureau een inspannings- of resultaatsverplichting rust, is de uitleg van de overeenkomst en de aard van de opdracht doorslaggevend (HR 14 april 2006, ECLI:NL:HR:2006:AU6521). Daarbij is niet alleen de taalkundige uitleg van de overeenkomst van belang, maar ook de bedoeling van partijen, die volgt uit hetgeen zij in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs uit elkaars verklaringen en gedragingen mochten afleiden en hetgeen zij redelijkerwijs van elkaar mochten verlangen (het zogenoemde Haviltexcriterium).

Vast staat dat partijen in juni 2017 een overeenkomst van opdracht hebben gesloten en dat zij op 12 maart 2018 mondeling nadere afspraken hebben gemaakt, die dezelfde dag per e-mail zijn bevestigd door marketingbureau.

Omdat uit de door partijen overgelegde stukken geen andere verklaringen of gedragingen met betrekking tot een inspannings- dan wel resultaatsverplichting zijn ter herleiden, komt aan de tekst van de e-mail van 12 maart 2018 groot gewicht toe.

Rechter: Koopgedrag online klanten moeilijk te voorspellen

De kantonrechter is van oordeel dat partijen, met de in de e-mail genoemde “doelstelling” en de verwachting dat het conversieratio toeneemt, bedoeld hebben een beoogd resultaat af te spreken. Omdat het koopgedrag van (online) klanten moeilijk is te voorspellen, laat staan te garanderen, volgt uit de uitleg van de overeenkomst en de aard van de opdracht – het verrichten van werkzaamheden met als doel meer omzet voor de klant te genereren – dat op marketingbureau een inspanningsverplichting rust en niet een resultaatsverplichting.

Lees hier de uitspraak:  ECLI:NL:RBGEL:2019:5848